De Koloniën van Weldadigheid staan vanaf nu op de UNESCO Werelderfgoedlijst. Hiermee erkent het Werelderfgoedcomité van UNESCO de wereldwijde uitzonderlijke waarde van de Koloniën in Frederiksoord, Wilhelminaoord, Veenhuizen en het Belgische Wortel.
De Koloniën van Weldadigheid werden in 1818 opgericht door Johannes van den Bosch. In die tijd leefde één op de drie huishoudens in armoede. De landbouwkoloniën werden opgericht om armoede te bestrijden. Arme gezinnen konden hier werken op het land en kinderen kregen verplicht onderwijs. De Koloniën van Weldadigheid zijn hiermee de vroegste en grootste binnenlandse landbouwkoloniën voor armoedebestrijding ter wereld.
Cees Bijl, gedeputeerde van de provincie Drenthe en voorzitter van de Stuurgroep die de nominatie voorbereidde: “Sinds 2012 spannen provincie Drenthe, provincie Antwerpen, betrokken gemeenten, erfgoedorganisaties en vele bewoners van de gebieden in Nederland en Vlaanderen zich samen in voor het aantonen van de wereldwijde uniciteit van de Koloniën van Weldadigheid. De erkenning van de Koloniën van Weldadigheid als UNESCO Werelderfgoed is de ultieme kroon op al het werk dat is verricht. Het is ook een relevante toevoeging op de Werelderfgoedlijst vanwege het wereldwijde actuele onderwerp armoedebestrijding. We zijn ontzettend trots dat we in het rijtje staan tussen de Waddenzee en de Taj Mahal. De vlag kan uit.”
Nieuwsgierig naar de bijzondere verhalen van de Koloniën van Weldadigheid?
Ontdek de koloniën via één van onze routes: